- 17/06/2021
- Posted by: Arno Westerdijk
- Categories: Artikelen, Meervoudige Waarde

Als we het hebben over Materiële Waarde dan speelt bij de inrichting van een samenleving en daarbinnen haar organisaties de infrastructuur een belangrijke rol. Zonder infrastructuur: geen vervoer over land en zee of door de lucht; geen intensieve teamsamenwerking via online kanalen; geen directe beschikking over energie. Materiële waarde betreft ook de hulpmiddelen waarmee het werk wordt uitgevoerd.
De hamer, de zaag, de hijskraan, de fabriek. De materiële waarde betreft de middelen waarmee een organisatie de bedrijfsvoering efficiënt en effectief kan uitvoeren.
Waar gaat Materiële Waarde over?
Fysieke middelen maken het samenwerken en samenleven gemakkelijker. Dat begon natuurlijk al in het stenen tijdperk. Gereedschap en vervoermiddelen dienen het gemak van landbewerking en de handel.

De overzeese handel werd weer een daverend succes voor bevolkingsgroepen die met goed uitgeruste schepen en betere wapens anderen konden overheersen. Daarmee werden grote delen van de wereld gekolonialiseerd. De materiële middelen zorgden voor ‘een voorsprong’ die tot op de dag van vandaag nog doorwerkt in de wereldwijde verhoudingen tussen landen.
Met de komst van de stoommachine kwam de productie in de stroomversnelling waar we nu nog steeds middenin zitten. De machines zorgden ervoor dat massa geproduceerd kon worden. Het staal van het spoor zorgde voor snel vervoer naar de plekken waar mensen hun leefgemeenschappen hadden opgebouwd en de gedolven en bewerkte grondstoffen nodig hadden. De arbeiders verdienden hun loon die de eigenaren van de kapitale middelen betaalden uit de opbrengsten: grote-aantallen*prijs*marge! Door de effectiviteit en efficiency van de materiële middeleninzet konden geleende geldmiddelen al snel worden terugbetaald. Nieuwe rijken vervingen koningen en heren. En we leerden samen en passant ‘het gemak dient de mens’ zo professioneel in te richten, dat we er aan verslaafd zijn geraakt en er nu lustig op los consumeren. Van meer nooit niet genoeg.
Zo even in een notendop waarheen materiële waarde ons tot nu toe heeft geleid. Houden we dit naar de toekomst vol?

Welk gedrag is er nu?
Achter dit ‘van meer nooit niet genoeg’ ligt een sterk patroon van denken in verkoopbare eindproducten. Dat wat de mens kan dienen en zijn leven gemakkelijker maakt, produceren en verkopen wij tegen een prijs + een goede marge. Het maximaliseren van deze fabrieksverkoop is een essentiële factor in het gedachtegoed. Daarin ligt het succes. Daarmee worden investeringen terugbetaald en winsten gemaakt om leningen af te betalen; geldschieters – aandeelhouders – te belonen als ook om verder te investeren in de realisatie van materieel consumptiegoed dat nog meer gemakken dient. Luxer dan lux. Sneller en nog meer geheugenopslag. Prettig warm wonen, met zonnepanelen op het dak en genietend van een op en top infrastructuur, althans hier!
Zo voorziet het industriële complex in individuele behoeften – collectief genuttigd – waar geen maat op lijkt te zitten en houden aanbod en vraag elkaar gevangen. Volop gestimuleerd door goede betaalde ‘influencers’ die via de social media laten zien wat nu weer in en modern is. Krachtig ondersteund door een scala aan goed lonende diensten die het systeem draaiend houden en het finale consumptiesysteem verder opdrijven, inclusief de mooiste reizen naar landen waar we onze grondstoffen kopen en vaak ook laten verwerken. En passant creëren we vuilnishopen vol schroot en vervuilen we rivieren en zeeën met plastic soep afkomstig van verpakking; batterijen waarvan we nog maar moeten zien hoe we die netjes gaan recyclen.

De natuurlijke waarde lijdt onder dit menselijk handelen van productie- en marketingefficiency en dito consumptiegemak. De onzichtbare hand van lucratieve markten laat een zichtbare voetafdruk achter in de natuur en ook in gebieden waar de consumptierijkdom nog niet welig tiert en arbeid goedkoop voor handen is. Voor deze intensieve manier van leven, hebben we, naar Nederlands gedrag gemeten, de aarde per hoofd van de bevolking meer dan anderhalf keer nodig.
Welke systeemelementen houden dit gedrag overeind?
We hebben het ontwerpen van al deze producten gericht op eenmalige verkoop. De infrastructuur en het denken is gericht op het in stand houden van kortcyclische processen, mede gericht op het stimuleren van de herhalingsvraag met:
- aan de aanbodzijde het onderliggend mantra: prijs*aantal*marge, want, leningen moeten worden terug betaald en de winst gemaximaliseerd en;
- aan de vraagzijde de mantra die gericht is op het verwerven van persoonlijk bezit: mijn telefoon; mijn huis; mijn auto.
Je hebt het als mens goed voor elkaar, indien je spullenboel hebt vergaard waarmee je voor de dag kunt komen. De gehele infrastructuur richt zich vervolgens op het gemakkelijk kunnen gebruiken van dit verworven bezit: fijnmazige energienetten; wegennetten; glasvezelnetten; 5G netwerken; grondstof-, productie- en vervoerstromen die de productie en dus consumptie zo voordelig mogelijk dienen.

Ook de vergunningensystemen dragen er aan bij. De directe individuele vraag wordt beschouwd in plaats van het geheel omvattend systeem, waarin de vraag naar voren komt. De vergunning voor mijn grondstofmijn, mijn land, mijn fabriek, mijn huis … wordt verleend aan een juridische entiteit. Daarbij wordt tot nu toe nog weinig gekeken naar de geïntegreerde keten- en omgevingseffecten die de uitvoering van de vergunning in zich meedraagt. Het doordenken van de eigen bedrijfsverantwoordelijkheid voor het grotere geheel – te beginnen in de eigen voortbrengingsketen – wordt op deze wijze niet gestimuleerd en tegelijkertijd verwerft de vergunning verkrijger een juridische basis om te doen, zoals hem vergund is.
We noemen dit alles economie en houden het in stand met woorden als: groei van het bruto nationaal product, behoud van de werkgelegenheid en consumentenvertrouwen
Kunnen, moeten en willen we anders leren denken?
We zijn in systemen gevangen en hebben een kringloop ontwikkeld van productie, beloning, consumptie die het behoeftige gemak van de mens dient. Is er iets mis mee om het voor onszelf aangenamer te maken? Is er iets mis mee om te werken aan infrastructuren die de volksgezondheid dienen, zoals schoon water en goede rioolafvoer? Is er iets mis mee om fijne leef- en woongebieden voor mensen te ontwerpen en te ontwikkelen? Al het luxe, materiële goed wat we samen hebben opgebouwd, dient toch de welvaart en ook de gezondheid van mensen? Kijk alleen maar de groei van onze gemiddelde leeftijd. We hebben het goed. Zo goed dat we vergaten goed te luisteren naar de Club van Rome, die al in de jaren 1970 wees op de neveneffecten van het systeem dat we samen hebben opgebouwd. De aarde trekt dit niet! Dus moeten we anders willen denken.
Op dit punt komt de meervoudige waarde-balans weer naar voren. Als we die balans nu eens op slimme wijze in evenwicht kunnen brengen door de ontwikkeling van productie- en consumptiesystemen die per definitie:
- de natuur dienen;
- de sociale relaties tussen bevolkingsgroepen en volkeren versterken;
- een rechtvaardige verdeling van vermogen en inkomen voor ogen houden.
Hoe ontwikkelen we materiële waarde die opbouwt in plaats van mensen en de natuur uitholt en sociale relaties in de vorm van sterke ongelijkheid onder druk zet? Hoe ontwikkelen we materiële waarde die het welzijn van mens, dier, plant, water, lucht, grond in z’n samenhang dient?
Bestaat ander gedrag?
Tijdens de OK! licentietraining maken we vaak gebruik van het bedrijf Gispen. Het volgende zinnetje plukken we even van hun website:
CIRCULAIR INRICHTEN
Heeft u circulaire ambities en wilt u deze ook doorvoeren in uw inrichting? Gispen denkt graag met u mee! U kunt bij ons terecht voor slim
hergebruik van bestaand of verouderd meubilair én voor nieuw, volledig circulair ontworpen meubilair. Zowel voor kantoor-, onderwijs- als
zorgomgevingen. De mogelijkheden voor hergebruik zijn vaak groter dan gedacht. Laat u door Gispen verrassen.
Zij doordenken alle producten voor school, kantoor en thuis op circulariteit. Ook verkleinen ze door slimme in elkaar passende stapelsystemen de afdruk die door het vervoer wordt gecreëerd. Het is een intrinsieke keus, die per definitie gericht is op het voorkomen van een te grote voetafdruk op moeder aarde.
In navolging van Kleingunnewiek, autodemontage en – revisie, gaat Renault nu één van haar assemblage fabrieken ombouwen tot een fabriek waar auto-onderdelen worden gereviseerd naar onderdelen en motoren die als nieuw verkocht kunnen worden. Dit wordt dus niet meer aan deze specifieke branche overgelaten, maar door de autofabrikant zelf opgepakt.
Boeiend is ook het denken van Thomas Raw. Ga in plaats van lampen, uren lichtopbrengst verkopen en hou het eigendom van de lamp bij de fabriek die deze produceert. Het veronderstelt een duurzamer gedrag van de fabrikant, want je krijgt je krijgt je eigen spullenboel immers retour. Het verdienmodel wordt anders en belast naar alle waarschijnlijkheid minder het milieu.
Vinted.nl is een internationale marktplaats voor tweede hands artikelen. 37 Miljoen gebruikers! Gecombineerd met het minderen van de aankoop van nieuwe kleding toch een behoorlijke vermindering van de ecologische voetafdruk.
Of neem het uitgevoerde idee van architect Thomas Hertz die van een vliegtuigvleugel het dak van een huis creëerde.
Studenten van de master circulaire economie hebben samen met belanghebbenden rondom de A348 nagedacht over meervoudige waardeontwikkeling van dit gebied. Kun je wegen bouwen en geluidswallen maken, waarop de natuur zich kan ontwikkelen? Hoe neem je het slib uit de IJssel mee in je plannen? En onderzoeken van de universiteit van Wageningen voor het opvreten van zware metalen uit deze slib door schimmels? Het denken en daaraan gekoppeld gedrag gaat altijd uit van een meervoudige waarde opvatting.
Wat zijn de gemeenschappelijke kenmerken van dit gedrag?
Zo wordt in alle voorbeelden anders nagedacht over het omgaan met materialen en daaraan te koppelen verdienmodellen. Ook worden andere belanghebbenden meegenomen in het doordenken van oplossingen. De technocraat en de bestuurder laten zich in hun denken beïnvloeden door de veelheid aan belangen die meespelen in een specifiek gebied. Zo wordt vanuit verbinding met het bredere vraagstuk nagedacht over de inrichting van de infrastructuur. Het gaat niet om het afgeven van enkelvoudige vergunningen, maar om het samen doordenken van oplossingen waar de gemeenschap baat bij heeft.
Dat – oplossingen creëren vanuit meervoudig perspectief – moet je als ondernemer en bestuurder willen! En waar op de wereld je ook onderneemt, vergewis je ervan dat in het kader van toekomstbestendigheid ook in Verweggistan meervoudige belangen gediend zijn. Het positionele onderhandelen, moeten we in onze denk- en handelwijze leren vervangen door het creëren van win/win/win/win/win/win ofwel: 6W-akkoorden. Goed voor de natuur; goed voor de mens; goed voor de sociale samenhang; goed en slim doordacht; goed voor duurzaam materiaalgebruik; goed voor een gezonde geldroulatie.
Hoe stimuleren we dit gedrag?
Bij deze 6W-akkoorden zitten partijen aan tafel die hierover al tijdens de initiatieffase gezamenlijk het gesprek voeren. Volkert Engelsman staat vanaf het begin open voor de boer die de vruchtbaarheid van zijn land weet te verbeteren. Hij wil daarvan leren en deze praktische denkers een podium geven in zijn bedrijf. Ray Anderson betrekt de gehele organisatie bij het bedenken van maatregelen voor het bereiken van onmogelijke doelen. Het zinnetje van de website van Gispen laat al in alle toonaarden zien dat Gispen met u mee wil denken.
Bij het verbeteren van de wijk of het gebied is het waardevol om de mensen die het aangaat te betrekken. Een responsieve overheid vormt vanuit diepgaand luisteren het integrale beleid. Dit gaat voorbij links en rechts denken. Het gaat bij de ontwikkeling van materiële waarde over het betrekken van mensen in plaats van mensen te plaatsen voor voldongen feiten. Deze mensen krijgen wel een kader mee: ‘je zorgt ervoor dat de aarde in z’n geheel als leefomgeving voor ons allen wordt opgebouwd in plaats van uitgehold!’ Dat vraagt pittig denkwerk, maar komt het toekomstbestendig ondernemen ten goede!
Dient dit alles dan de meervoudige waarde-balans?
Denk de integrale keteneffecten die je realiseert met de producten en diensten die je met je bedrijf of vanuit de overheid realiseert goed door. Dat is de basis van de systeemaanpassing die we samen moeten leren doorgronden.